Genderkloof in subsidietoekenning voor schrijvers -Interview

Eerder verschenen in De Morgen op 13 mei 2022

Wie een werkbeurs aanvraagt bij Literatuur Vlaanderen om een boek te schrijven kan maar beter geen vrouw zijn. Mannen hebben niet alleen meer kans op een subsidie, ze krijgen ook meer geld. ‘We moeten beseffen dat we literatuur meten met een mannelijke lat.’

Vorig jaar dienden 194 auteurs een aanvraag in voor een werkbeurs bij Literatuur Vlaanderen. Daarvan kregen 140 auteurs een werkbeurs toegekend, blijkt uit het nieuwe jaarverslag van het fonds. Opvallend: vrouwelijke auteurs, goed 45 procent van de aanvragen, hadden slechts een slaagkans van 65 procent. Hun mannelijke collega’s, die 55 procent van de aanvragen indienden, hadden een slaagkans van 80 procent. Bovendien is er ook een verschil in de hoogte van de subsidie. Literatuur Vlaanderen keerde in 2021 voor 1.355.400 euro aan beurzen uit, met een gemiddelde van 9.623,57 euro per beurs. Opnieuw is er een opmerkelijk genderverschil: mannen kregen gemiddeld 10.577,65 euro, terwijl vrouwen 8.149,09 euro kregen.

KWALITEIT BOVEN?
Al sinds 2019 houdt Literatuur Vlaanderen gendercijfers bij. Hoewel er een lichte verbetering is, wil ze de gegevens ‘consequent’ blijven doorgeven aan de commissieleden, die de aanvragen beoordelen.
Beleidsmedewerker bij Literatuur Vlaanderen Yannick Geens zegt dat “literaire kwaliteit het belangrijkste uitgangspunt is voor de adviescommissies om een beursaanvraag te beoordelen. Maar een dergelijk criterium bestaat niet in het luchtledige. Zoals deze cijfers en wetenschappelijk onderzoek laten zien, zijn er ook contextfactoren die, vaak impliciet, onze perceptie en invulling van het begrip ‘kwaliteit’ beïnvloeden.”

Hoewel de genderverschillen confronterend zijn, meent schrijfster Gaea Schoeters dat er ‘zeker geen sprake is van slechte wil’. Schoeters: “Maar de realiteit is wel dat het verschil er is. De hoogste beurzen in alle genres gaan vaak uitsluitend naar mannen. Met uitzondering van het genre poëzie en kinder- en jeugdliteratuur: blijkbaar zijn dat eerder ‘vrouwelijke’ genres.”

Schoeters merkt dat de genderkwestie kan doorgetrokken worden naar het hele literaire veld. Volgens de schrijfster worden vrouwen in het algemeen minder bekroond, minder vertaald, en krijgen ze minder prestigieuze schrijfopdrachten. “Als je auteurs zou opdelen in een groeiladder van debutant tot gevestigde waarde, dan halen vrouwen nauwelijks de hoogste trap. Hoe financieel interessanter het genre, hoe sneller de vrouwelijke carrière wordt gestopt. Toen poëzie meer status had dan proza, mochten vrouwen wel proza schrijven, maar van poëzie moesten ze afblijven. Op het moment dat romans financieel interessanter werden, zag je dat vrouwen meer poëzie mochten schrijven omdat het genre zijn status verloor”, zegt Schoeters.

Volgens de auteur is er tegenwoordig wel meer instroom van vrouwelijke auteurs, maar blijft de vraag of en hoever die carrières zullen doorgroeien. Ook Corina Koolen, Nederlands onderzoekster van genderkwesties in de literatuur en auteur van Dit is geen vrouwenboek, beaamt dat. “Bij elk stapje ‘omhoog’ vallen meer vrouwen af.”

“Ik onderzocht of er vooroordelen meespeelden. Bleek dat onbewuste stereotypen de grootste rol spelen bij de benadeling van vrouwelijke auteurs. En dat het daarbij niet uitmaakt of een man of een vrouw een vrouwelijke auteur beoordeelt.”

HOGER INGESCHAT

Maar is er dan toch geen sprake van discriminatie? “Mannen en mannelijke onderwerpen worden nu eenmaal hoger ingeschat dan onderwerpen van vrouwen: boeken over oorlog zouden belangrijker zijn dan boeken over het gevoelsleven. En vrouwen worden moeilijker geloofd dan mannen”, vervolgt Schoeters. Het gevolg? Vrouwen worden volgens haar alleen geloofd in de literatuur als ze het hebben over hun eigen terrein, hun identiteit en bijvoorbeeld autobiografisch schrijven. “Als ze een oorlogsboek of een ideeënroman schrijven, wordt dat boek minder serieus genomen”, zegt Schoeters.

Toch is er beterschap in zicht. Literatuur Vlaanderen maakt zich sterk met nieuwe cijfers. Geens: “De beursaanvragen van auteurs met vijf of meer literaire werken voor 2022 zijn intussen gekend. Daar zien we dat het slaagpercentage voor mannelijke en vrouwelijke aanvragers voor het eerst gelijk ligt.” Mannen ontvangen volgens Geens nog steeds gemiddeld hogere beurzen, maar het gemiddelde voor vrouwen is dichter bij het gemiddelde voor mannen komen te liggen. “De hoogst toegekende beurs voor een man en een vrouw zijn in 2022 voor het eerst gelijk.”

Om die positieve evolutie verder te ontwikkelen wil Literatuur Vlaanderen haar commissieleden “nog uitgebreider informeren, de cijfers intersectioneler benaderen en de instroom van vrouwelijke auteurs aanmoedigen, dat is immers waar het onevenwicht begint.”

Volgens Schoeters zit er ook een oplossing in het erkennen van een patroon. “Beseffen dat we literatuur meten met een mannelijke lat en dat we dat nu op alles toepassen.” Schoeters ziet ook een rol weggelegd voor de media. “Media moeten kritischer kijken naar welk vrouwbeeld ze ophangen. Een vrouwelijke auteur wordt bijvoorbeeld nooit een ‘genie’ genoemd in kranten. Maar oplossingen zijn werk van lange adem.”